werk
irène steinert schreef in 2007:
het werk van rita kok is het resultaat van een creatief en intuïtief zoekproces naar de werking van kleuren en materialen in de microkosmos tussen schering en inslag.
het geeft ons, toeschouwers, een nieuw - abstract - zicht op onverwachte eigenschappen en effecten van garens, staven en draden.
de wijze waarop het werk wordt opgehangen of geplaatst, is van invloed op de ruimtelijke werking ervan.
lichteffecten worden afgetast.
elementen van één werk kunnen meerdere composities vormen door ze op verschillende manieren ten opzichte van elkaar te plaatsen.
tijd en ruimte blijken bepalende elementen in de vormgeving van het werk te zijn.
rita is begonnen met kledingstoffen te weven op bestelling.
daarop volgde de periode van tapijten, die als vloerkleed en als wandkleed gebruikt konden worden.
dat stelt eisen aan het ontwerp.
niet alle ‘voorstellingen’ lenen zich om overheen te lopen.
een tapijt moet van alle kanten interessant zijn als men er omheen loopt.
zo zijn de abstracte patronen ontstaan, geometrische figuren afgeleid van rekenschema’s voor de verschillende verbindingen.
haar voorkeur gaat uit naar de linnenbinding.
het is de meest eenvoudige binding die wij allemaal kennen van ‘matjes vlechten met kleuters’ en ons beddengoed.
maar haar ontwerpen in figuratieve zin volgen het ritme van de satijnbinding.
(...)
de patronen die door ‘het spelen’ met deze rekenschema’s ontstaan, zijn mede de inspiratiebron geweest voor de bekers voor ‘cor unum ceramics & art’ en voor kleurvlakken van de theedoeken voor het textielmuseum in tilburg.
het weven van veelkleurige sjaals is een periode van onderzoek geweest naar effecten van kleuren en materialen als zijde, wol, chenille.
zo absorbeert wol kleuren en geven katoen en zijde kleuren terug.
in de sjaals is geen linnen verwerkt, omdat het geen natuurlijke elasticiteit heeft.
linnen heeft door een natuurlijke lijm van zichzelf ‘body’, een eigenschap die haar uitdaagde.
in al het latere werk gebruikt ze linnen als omvatting van andere materialen, hetgeen de contrastwerking versterkt.
de kettingdraden trekken steeds meer haar aandacht.
ze heeft het gevoel dat ‘de waterval der draden’ teniet wordt gedaan door de inslag.
door verschillende weeftechnieken en bindingen schept ze ruimte tussen schering en inslagdraden.
een ‘weefsel’ heeft rust nodig.
de leegte tussen de draden en de soberheid van kleur brengen harmonie in de compositie en versterken de werking van de materialen op elkaar.
heldere kleuren spreken haar aan.
daaruit moet afhankelijk van het ontwerp een keuze worden gemaakt.
een eerste gevoelsmatige selectie wordt op een wit dienblad gelegd om het effect van het licht op verschillende plaatsen in huis te bekijken.
de lichtinval verandert gedurende de dag en daarmee het timbre van kleuren.
bij kunstlicht is dat weer anders.
de uiteindelijke keuze van garens wordt op het weefgetouw gemaakt.
het bezoek dat zij aan de vrouwen van de ndebelestam in bronkhorstspruit in zuid-afrika bracht in 1999 heeft haar kleurgebruik geïnspireerd.
de vrouwen beschilderen hun huizen, kleding, kralen en aardewerk met figuren in okergeel, indigoblauw, turkoois, groen, violet, grijstinten.
de harmonie in kleuren, die haar trof komt terug in later werk.
creëren is een revolutie in de persoon: de ontdekking van nieuwe materialen, het zoeken naar kleureffecten en het spelen met weeftechnieken en bindingen.
vrij werken is met gevoel onderzoeken.
nieuw werk wordt in het atelier of in de woonkamer opgehangen om tijd, ruimte, licht en gevoel te laten inwerken, waardoor het groeit en zich vormt.
het proces van ontwerpen verloopt steeds anders.
het doel waar naartoe wordt gewerkt, beïnvloedt de manier van werken.
voor een tentoonstelling zijn het kader en de ruimte bepalend voor de keuze uit bestaand werk en het maken van nieuwe stukken.
bij een groepstentoonstelling moet rekening worden gehouden met de sfeer van het werk van de ander.
bij een opdracht beïnvloedt de inrichting van de ruimte waarvoor het werk is bestemd haar inspiratie.
op afstand lijken de sobere composities van draden, kleur en vorm door hun schaduwen te zweven in de ruimte.
van dichtbij biedt de microkosmos van bindingen en vervlochten draden een levendig schouwspel.
alle materialen hebben hun eigen karakter: de glans en de kleur van de linnen draad, de doorzichtigheid van vissnoer en perspex, de weerspannigheid van gitaarsnaren of paardenhaar.
het is alsof zij dansen op het ritme van het ontwerp.
henk van os schreef in 2003:
‘zo’n 25 jaar geleden las rita kok in een damesweekblad over spinnen.
met de ‘groene golf’ die ons land toen overspoelde, kwam er weer belangstelling voor natuurlijk materiaal en voor ambachten.
overal ging men aan het spinnen en weven.
macramé, plantaardig verven, quilten en appliqueren raakten in de mode.
rita heeft toen het weven ontdekt en zij is ermee doorgegaan, ook toen er weer allerlei andere modes opkwamen.
zij heeft in het weven een heel eigen kunstenaarspersoonlijkheid ontwikkeld.
de mode van toen leidde tot veel slordige, rommelige en rafelige kunstproducten die niet zelden de spotlust van cultuurcritici opriepen.
zij zagen ze als symptomen van een geitenwollen-sokken-cultuur, waarmee zo snel mogelijk moest worden afgerekend.
maar rita’s werk was toen ook al van een heel eigen rechtlijnigheid.
aan het weefgetouw ging zij vlakverdelen en kleur bepalen.
het vereiste een sterke persoonlijkheid om met iets wat in de mode is tegelijkertijd anders te zijn, om consequent een eigen weg te gaan, die uiteindelijk leidde naar de subtiele en tedere werken die zij nu maakt.
‘eenvoud is kenmerk van het ware’, als dat voor kunst geldt, dan geldt het zeker voor het werk van rita kok.’
(professor dr. h.w. (henk) van os was algemeen directeur van het rijksmuseum amsterdam van 1989 tot 1996 en was onder andere hoogleraar kunst- en cultuurgeschiedenis aan de rijksuniversiteit groningen, hoogleraar kunst en samenleving aan de universiteit van amsterdam en televisiepresentator van kunstprogramma’s).
rita kok
geboren in 1939 in hoogezand, nederland (nl)
woont en werkt in amsterdam (nl)
opleiding
coupeuseopleiding aan de rotterdamse snijschool
detailhandelstextiel
exposities
eerste expositie in japan in kyoto en nagasaki in 2001
vervolgens solo en groepsexposities in nederland op vele plaatsen onder meer in:
amstelveen, amsterdam, arnhem, bathmen, beetsterzwaag, bilthoven, boxmeer, epe, gorinchem, groningen, hollum, leeuwarden, leiden, lisse, overveen, wassenaar, zaandijk
in zwitserland in genève in het palais des nations in 2003
gallery 9 presenteert haar werk sinds 2018:
2023 feestdagenexpositie in de galerie
2023 zomerexpositie in de galerie
2022 lente-expositie in de galerie
2021 duo expositie met anjeliek blaauw in de galerie
2021 zomerexpositie in de galerie
2021 lente-expositie in de galerie
2020 zomerexpositie in de galerie
2019 winterexpositie in de galerie
2018 duo expositie met dinieks in de galerie
kunstbeurzen
werk van rita kok is gepresenteerd op verschillende kunstbeurzen
kunstroutes
2012 route 10/66 door stadsdeel nieuw west amsterdam en dutch design hotel artemis
2015 kunstmaand ameland ‘zee van licht’
collecties
werk van rita kok is opgenomen in particuliere, bedrijfs- en museumcollecties
musea
overzichtsexposities in het van der togt museum (per 1-1-2020: museum jan), amstelveen in 2002 en 2013
ontwerp van theedoek voor nederlands textiel museum in tilburg
opdrachten
rita kok heeft veel werk gemaakt in opdracht, onder meer voor maarten hartveldt (componist en producer), chapelstudio, tilburg
prijzen en nominaties / awards and nominations
jury award kyoto 16e art festival, jp, 2002
prijzen en nominaties
jury award kyoto 16e art festival, jp, 2002
publicaties
verfijnde weefsels rita kok schitteren tijden kunstmaand: stormachtige liefde op het eerste gezicht
tekst: jolanda de kruyf
foto’s: jantina scheltema, niels helmink
in: ameland in zicht, nr. 3, 2015, p. 64-67
rita kok, een bijzondere weefkunstenares: subtiel en krachtig, streng en zacht
tekst: irene van der horst
in: handwerken zonder grenzen, nr 147, juni-juli 2008, p. 48-51
rita kok: weefwerken tot 2007: een selectie
foto’s: frans van ameijden, onno boermeester, paul enneking, nies helmink, erwin olaf, helen joyce paanen, ron zijlstra
tekst: irène steinert
correctie engelse tekst: bernard pierre west
amsterdam, weiw publishers stralsund, 2007
isbn 978-90-807472-8-9 (nl)
isbn 978-3-937938-12-7 (d)
de subtiele weefkunst van rita kok: wat doen kleuren in de schemering?
tekst: anne van de burgt
foto’s: ank neumann
in: midi, nr. 12, 2003, p. 64-67
in gesprek met rita kok
door: linda hanssen
in: textiel plus, nr. 173, september 2000, p. 8-9